Jaarverantwoording 2020
portal

Paragrafen

Financiering

3.4.3 Rente

Renteontwikkelingen/-visie
Om onderbouwde financieringsbeslissingen te kunnen nemen, is het belangrijk om een inschatting te maken van toekomstige renteontwikkelingen. De ontwikkeling van de korte rente is vooral afhankelijk van de inflatie. De hoogte van de lange rente wordt vooral bepaald door de economische groei.

De coronacrisis heeft een enorme economische impact. De pandemie heeft een wereldwijde recessie veroorzaakt en dit leidt tot onzekerheid op de financiële markten. De winst van bedrijven staat onder druk en dit drukt het vermogen om schulden af te lossen. Banken houden als gevolg daarvan rekening met kredietverliezen en overheden steken zich dieper in de schulden om de economie te stimuleren. In het tweede kwartaal van 2020 liepen de kapitaalmarkrentes hierdoor kortstondig op.

De centrale banken zijn vervolgens enorme steunprogramma’s gestart, hetgeen heeft bijgedragen aan een stabilisatie en vervolgens daling van de rente. Ook het akkoord over het herstelfonds en de Europese begroting draagt bij aan rust op de financiële markten en geeft beleggers vertrouwen in de Europese samenwerking.

Financieel analisten verwachten dat de rentes, vooral als gevolg van het ruime monetaire beleid, voorlopig nog laag zullen blijven. Als gevolg van de stijgende werkeloosheid valt er vooralsnog geen opwaartse druk op de inflatie te verwachten. In combinatie met het vooruitzicht van lage economische groei (recessie) wordt verwacht dat de beleidsrente van de ECB in ieder geval nog tot eind 2021 niet zal stijgen. De rente op de geld- en kapitaalmarkten zullen als gevolg daarvan waarschijnlijk niet gaan stijgen op korte termijn.

Samengevat:

  • Zowel de korte als de lange termijn rente zullen in 2021 naar verwachting niet of nauwelijks stijgen.
  • Ook op middellange termijn wordt een stabiel laag renteniveau verwacht.

Rente toerekening en rente resultaat
In de tabel hieronder wordt het renteresultaat bepaald op taakveld 0.5 Treasury. Eerst wordt het saldo van rentelasten en rentebaten bepaald. Vervolgens wordt de specifieke rentetoerekening daarop in mindering gebracht. Het deel dat over blijft wordt via de omslag-rente toegerekend aan de diverse taakvelden. De rente die niet aan de taakvelden wordt toegerekend staat als renteresultaat op het taakveld 0.5 Treasury.

In de tabel wordt de werkelijkheid 2020 afgezet tegen de berekening zoals die is opgesteld bij de primaire begroting 2020.

Rente toerekening

Werkelijk 2019

Begroting 2020

Werkelijk 2020

Externe rentelasten

5.253

4.296

4.078

Externe rentebaten

-981

-738

-895

Saldo rentelasten en rentebaten

4.272

3.558

3.183

Toerekening aan grondexploitaties

-1.822

-1.703

-1.448

Toerekening aan projectfinanciering

-546

-557

-643

Toerekening rente over eigen vermogen

-

-

-

Toerekening rente over voorzieningen

94

113

55

Aan taakvelden toe te rekenen rente

1.998

1.411

1.147

Toegerekende rente volgens begrote renteomslag

2.603

1.741

1.633

Correctie rente-omslag

-

-

-486

Renteresultaat op taakveld 0.5 Treasury

605

330

-

Bedragen x 1.000 euro

Het saldo van de rentelasten en rentebaten bedraagt op rekeningbasis afgerond 3,18 miljoen euro. Dit is een voordeel van circa 375.000 euro ten opzichte van de primaire begroting 2020. Het voordeel wordt voornamelijk veroorzaakt door rentevoordelen op de in 2020 aangetrokken langlopende leningen (65 geherfinancierd). Daarnaast is de rente op kortlopende leningen op dit moment negatief.

In de primaire begroting 2020 werd het renteresultaat op het taakveld Treasury geraamd op 330.000 euro.
Daarbij werd, rekening houdend met de bepalingen uit het BBV, met de volgende rentepercentages gerekend :

Rente ten behoeve van de grondexploitaties         1,98%.
Rente over de voorzieningen               2,00%.
Omslagrente                      1,00%.

Op rekeningbasis is het percentage omslagrente neerwaarts bijgesteld naar 0,69%. Het BBV schrijft namelijk voor dat de rente-omslag dient te worden gecorrigeerd, indien de werkelijk aan taakvelden door te berekenen rentelasten meer dan 25% afwijken van de op basis van het voorgecalculeerde rente omslagpercentage aan taakvelden toegerekende rente. Dit was het geval:

Op basis van omslagrente 1% toegerekende rente:          1.633.000 euro
Werkelijk aan taakvelden toe te rekenen rente:          1.147.000 euro

verschil:         486.000 euro    (29,7 %)      

Na bovenstaande bijstelling van de omslagrente is het renteresultaat op het taakveld Treasury nihil. Dit nadeel op het taakveld Treasury wordt volledig gecompenseerd door lagere lasten op de taakvelden, met dien verstande dat het rentevoordeel bij de riool- en afvalstoffenheffing ten gunste moet komen aan de voorziening riool- en afvalstoffenheffing. Hiermee is een bedrag van 63.000 euro gemoeid.

Deze pagina is gebouwd op 07/19/2021 15:32:02 met de export van 07/19/2021 15:20:17